Fleustes d’Alleman
Marten Root – Doretthe Janssens – Aysha Wills – David Westcombe
allen diverse fluiten (renaissance, klassiek, romantisch)
Een holle stok met gaten erin, en één kant dichtgemaakt. De dwarsfluit is het meest basale melodie-instrument wat je je kunt voorstellen en de vroegste exemplaren zijn zeker 45.000 jaar oud. De eenvoud van het ontwerp stelt de fluitist voor een uitdaging en wakkert zijn fantasie aan. In de Renaissance werden fluiten zeer geschikt geacht om meerstemmige vocale muziek te vertolken. Fleustes d’Alleman heetten deze instrumenten in Frankrijk, wellicht omdat ze door Zwitserse huurlingen op militaire campagnes werden gebruikt. Wie er chansons op wil spelen heeft er vier nodig. Door de vrij grote omvang van de renaissancefluit zijn de tenorfluiten in D geschikt voor de sopraan-, alt- en tenorpartijen. Slechts voor de baspartij is een grotere basfluit in G nodig. Marten Root onderzocht renaissancefluiten en hij maakte kopieën van unieke originelen uit de Accademia Filarmonica di Verona. De eerste helft van het concert bestaat uit wereldlijke en geestelijke consortmuziek uit Frankrijk, Italië en Engeland, afgewisseld met solowerken.
Het fluitkwartet bleef ook in de Romantiek bestaan. De Tsjech Antoine Reicha, leraar aan het Parijse conservatorium, componeerde drie adagio’s voor vier fluiten. Geïnspireerd door Reicha schreef zijn leerling Eugène Walckiers een halve eeuw later het zeer virtuoze Quatuor pour 4 flûtes.
Drie generaties in één ensemble:
Oprichter van het ensemble Marten Root leidde meerdere generaties fluitisten op. Zijn drie collega’s in dit ensemble behoren tot deze familie, allen inmiddels gewaardeerde collega’s in gerenommeerde orkesten op het gebied van de historische uitvoeringspraktijk zoals De Nederlandse Bachvereniging, de Nieuwe Philharmonie Utrecht en het Constellation Orchestra van Sir John Eliot Gardiner.
